Hz. Mevlânâ Rûmî
Hoe beschrijf je iemand die een oceaan van liefde is?
Hz. Mevlânâ Celâleddîn Rûmî (1207–1273) was geen gewone leraar, maar een zon van kennis en liefde. Zijn leven begon in Balkh, in een familie van geleerden en edelen. Hij reisde met zijn vader, Sultânu’l-Ulemâ Bahâeddin Veled, van stad tot stad totdat ze in Konya neerstreken.
Daar groeide hij uit tot een meester in kennis en recht, maar ook tot iemand die steeds dieper naar binnen keek. Zijn hart werd werkelijk geopend in 1244, toen hij Şems-i Tebrîzî ontmoette. Twee oceanen kwamen samen, zoals de Qur’an zegt: “Hij heeft de twee zeeën vrijgelaten, om elkaar te ontmoeten.” (55:19).
Vanaf dat moment begon hij te wervelen: in woorden, in muziek, in stilte, in liefde.
Hz. Mevlânâ Rûmî bracht geen nieuwe religie. Hij herinnerde ons eraan dat de kern van religie, van geloof, liefde is. Zoals een vrucht onrijp blijft zonder zon, zo blijft geloof onvolledig zonder liefde.
Hij zei:
“De weg van onze Profeet ﷺ is liefde. Wij zijn geboren uit liefde, en liefde is onze moeder.”
Zijn boodschap is eenvoudig: er is maar Eén. Alles wat we zoeken ligt in dat Ene, en die Eenheid openbaart zich in liefde.
Zijn Boodschap
Zijn beroemdste werk, de Masnavî, is geen boek om snel te lezen, maar een oceaan waar je keer op keer opnieuw in mag duiken.
De verhalen en gelijkenissen, in alle delen van de Masnavî dragen Koran-verzen en profetische woorden in zich. Soms troostend, soms confronterend, maar altijd leidend naar het hart.
Hz. Mevlânâ Rûmî schrijft:
“De tong die Allah’s Naam herhaalt, wordt een sleutel; het hart dat luistert, opent zich als een deur.”
De Masnavî is èn die sleutel èn die deur.
De Masnavî: Een Oceaan van Wijsheid
Waarom is hij van belang in de wereld van vandaag?
Hz. Mevlânâ Rûmî’s stem klinkt zeven eeuwen later misschien nog luider. Want wat hij zei, raakt nog steeds:
Wij hebben overvloed, maar vaak geen betekenis.
Wij hebben woorden, maar missen stilte.
Wij hebben snelheid, maar verlangen naar rust.
Zijn overlijden op 17 December 1273 noemen wij niet dood, maar Şeb-i Arûs, de bruiloftsnacht, de vereniging met de Geliefde. Dit is een feest en iedereen is uitgenodigd, ongeacht religie en afkomst.
Zo leeft hij voort: niet in stenen of boeken, maar in elk hart dat herinnert.